Dat was het woord wat afgelopen donderdag uit mijn mond kwam. Het zou gaan gebeuren. Iets wat ik nog niet eerder had gedaan: een rits vervangen in een leren jas. Van te voren had ik ingeschat dat de naaimachine qua kracht dit zou aankunnen en dat is een goede inschatting geweest. En het leer was dusdanig soepel dat het onder de machine door kon. Anders had ik de jas terug moeten geven.
Ik kwam het woord een keer tegen op een stoeptegel voor iemands huis. ‘D’RAN’; en het klonk mij bekend in de oren.
Het loshalen van de oude rits was een behoorlijke klus en met een vriendin heb ik hierover gespard; een onderdeel wat ik bij hand had bij deze klus was een pincet.
En een schaar, natuurlijk.
Aan het begin van de week heb ik ook nog een rits vervangen in een broek die het nog waard was. En een scheur in een jas versteld die nog net nieuw was en soms is het ook fijn als klanten meedenken in het proces.
Het valt niet altijd mee om afscheid te nemen van kledingstukken waar je aan gehecht bent en als je er nog een nieuwe ronde mee in wilt, kan dat natuurlijk; vooral als ze nog bijna nieuw zijn..
Ook heb ik deze weken nog een aantal postrondes gelopen en heb veel dichte deuren gezien. Maar ‘werkenderwijs’ ben ik toch weer verder gekomen in iets waarin ik was bevestigd – ja, het blijft vaag – en dat kan ik binnenkort dan toch weer oppakken, vermoed ik. Ik heb afscheid genomen van een postwijk en heb nu nog een wijk over. Dat is misschien maar goed ook, want zo kan ik me meer richten op mijn bedrijf.
Welke hond voed je? De witte of de zwarte hond? Dat is de vraag die onderweg opkwam. Feit is dat je maar een ding tegelijk kunt doen.
Genieten van winterse momenten.