De afgelopen week zag ik op tv een programma waarin een dorp werd afgebroken en elders werd opgebouwd. Alles afbreken en opbouwen; steen voor steen. De vergelijking werd gemaakt met ons menselijk leven. Wij kunnen ook muren om ons leven hebben gebouwd die moeten worden afgebroken.
Of een compleet huis dat elders opnieuw opgebouwd moet worden. Wat moest ik denken aan mijn leven. het afbraakproces is soms pijnlijk en het achterlaten van bepaalde zekerheden ook. Op naar een nieuwe toekomst waarin ik mijn talenten mag gebruiken. Dat is een gegeven wat zeker is. Je mag je gaven en talenten gebruiken.
En eigenlijk hoef je er niets voor te doen. Het afbraak- en opbouwproces gebeurt vanzelf.
Je kunt jezelf en de ander nog zoveel wijs maken, maar niet wat je zegt is doorslaggevend, maar wat je doet. En ik merk dat ik de afgelopen week maar gewoon weer ben gaan doen wat op mijn weg kwam. Zo merk ik dat het prettig is om in huis het naai- en verstelwerk in orde te maken (voor de komende winter) en dat ik zowaar tijd en ruimte heb om in mijn nieuwe ‘werkkamer’ een BOT-overleg te houden (met mezelf).
Misschien schuiven er ooit anderen bij aan.
Dat kan.
Ondertussen heb ik het idee dat het ‘brand meester’ is. Er komt rust in huis en we kunnen weer verder. Bouwen vanuit de rust.
Als je altijd druk bent met van alles, heb je niet eens tijd om iets op te bouwen. Je moet uitrusten van gedaan werk en voordat het weer zover is, moet je alweer aan de slag. Ik hoop dat het dit keer anders gaat. Dat ik inderdaad kan gaan ‘inademen’ en met mijn eigen ideeën en gedachten meer aan de gang kan gaan.
Het is ‘afbreken en opbouwen’. Dat blijft zo.